12

[ad_1]

Het verblijf in het boshuisje van Roland was heerlijk, rustgevend en veel te kort. Een poging om het huisje te kraken en de oorspronkelijke bewoners weg te jagen liep stuk en we moesten deze fijne plek gaan verlaten.

Het wonen in het bos is ons prima bevallen. Ik heb mijn vogelaarshart op kunnen halen door het spotten van een koppeltje wielewalen, Vlaamse gaaien, een blauwe kiekendief, een wouw en jawel: de hop! Die vloog van ons weg toen we net met de auto de oprit inreden.

Maar ja, we moesten dus op pad naar de volgende bestemming. Maar: die was er niet.

Een reis zonder paniek en stress is ons nooit gegund want ik had Carmen toevallig aan de lijn en toen ik afsloot met “hasta viernes” (tot vrijdag), zei ze: “nee hoor, tot zaterdag.” Verder onderzoek wees uit dat we een dagje over hadden zonder woon of verblijfplaats. Een verschuiving van datums bleek niet mogelijk zowel bij Carmen als bij Roland niet dus moesten we op zoek naar een alternatief.

En dat is dus Salamanca geworden. Daar zijn we vier jaar geleden ook al eens geweest en dat was ons zo goed bevallen dat we bang waren dat het nu misschien wel zou tegenvallen. En op sommige punten deed het dat ook. Het Plaza Mayor stond in de steigers, Het stadspark dat, iedere zich respecterende stad in Spanje wel een heeft, was aan een grote renovatie toe en het hotel was ronduit slecht (maar wel naast het mooiste plein van Spanje), maar dat alles wordt dan toch weer goed gemaakt door de vibe die over deze stad hangt. Gemoedelijk ondanks de duizenden toeristen, lekker ontspannen en lekker op een terrasje mensen bekijken.

Tevens was er ook geen spoor van de Tuna de Universidad de Valencia te vinden. Vier jaar terug hadden we dit muzikaal gezelschap gezien dat met een man of 25 fantastische meerstemmige muziek maakte op eerder genoemd Plaza.

We zaten net aan een 1000 calorieën ijsje (want 37°) toen Patrick met zijn scherp oog twee heren van het gezelschap, herkenbaar aan hun traditionele klederdracht zag lopen. We besloten ze te volgen en zagen we dat ze op enig moment aan een terras plaatsnamen waar nog vier van hun companen zaten.

In mijn beste Spaans stapte ik op hen af met de vraag of ze vanavond nog een beetje zouden spelen. Jahoor zei die ene olijkerd met baard. Over 5 minuten. Waar dan? Vroeg ik. Nou, gewoon hier.

Het was ditmaal niet met het volledig gezelschap maar een selectie ervan. Na het tweede nummer kwam nog een verlaat lid van het gezelschap en waren ze met zijn zevenen, maar de kwaliteit deed niet onder voor het spektakel van vier jaar terug. Wat een harmonie!

Na een paar nummers trokken ze weer verder, maar wij bleven lekker op het terras plakken, want het was net uit de loop van de toeristen en andere vakantiegangers, en bovendien werd 30 meter verder het lokale bestuur van het COC gehuldigd voor het organiseren van de gay Pride week vorige maand, en dat ging vanzelfsprekend niet zonder feestelijke muziek een met regenboogkleuren verlichtte gebouwen.

Tenslotte op de weg terug naar het hotel nog één (twee dus) afzakkertje genomen bij dat hippe en trendy café om de hoek.

We hadden gelukkig geen ontbijt bij het hotel geboekt en hebben dit na het ontwaken op het Plaza Mayor genoten waar de eerste dagjesmensen zich al vertoonden voor een tour met meertalige gids.

Niets maakt mij dan blijer dan een café solo, een geroosterde boterham besmeerd met tomatensalsa en olijfolie. En maar mensen kijken. Heerlijk.





[ad_2]

Source

6 Reacties

  1. Toch ook wel gaaf, zo’n onverwachte tussenstop. Ook al was het hotel dan niks. Café solo, ja dat hebben wij voor het eerst gegeten in Cambrils waar we als onwetende toeristen bij het tafeltje met toast en tomaat stonden en een Spaanse hotelgast ons zwijgend voordeed hoe het moest

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*